Harry Tuinier.nl

2019

image_pdfimage_print

Tip van de Maand – Juli 2019

Verliezen bij voeropslag.

Er is al vaker over gesproken, het is erg belangrijk dat aan het voerhek ligt wat berekend is.

Na analyses is, meestal met voeradviseur, een berekening en een plan voor het rantsoen gemaakt.

Toch gaat er nog vaak iets mis, soms zijn de kuilen warm geworden of kantverliezen met daaropvolgend verliezen aan energie en smaak waardoor de koe minder vreet, en veel minder energie binnen krijgt dan berekend is.

Wat ook voor komt is dat kraaien, spreeuwen, eenden, vooral bij de maisbult zich de halve dag tegoed doen aan bijvoorbeeld de pitten van de mais. Behalve dat ze daarmee energie, zetmeel wegvreten, in de kuil wroeten (warm?),  schijten ze ook nog in het voer.

Ook in de stal gebeurt dit..

Schoon werken bij de kuilopslag, en een afdekzeil over de open bult trekken voorkomt veel van dit soort smaak / energie verliezen eenvoudig.

Stal “vogeldicht” maken is niet eenvoudig.

Let ook op of de zon niet te veel vol op het snijvlak van de kuilen kan schijnen, dat droogt en verhit ook meer dan gewenst.

Tip van de Maand – Juni 2019

Noteer bijzonderheden.

De meeste monteurs zijn trots op de VMS van DeLaval en op hoe ze werkt, daar willen ze graag van vertellen wat ze weten en wat u verder helpt!
Wat ze soms níet weten is wat ú niet weet..  Vaak merken wij dat een veehouder iets al normaal vindt, bijvoorbeeld niet heel super aansluiten, in het geheel of bij enkele koeien.
Of rond voeren / voerinstellingen, of  “gekke“ geluidjes, enz.
En dan moet het de monteur bij een bezoek maar net opvallen.

Zorg dat u altijd een notitieblokje en pen bij u hebt, of notities in mobieltje, schrijf alles op, maak een soort werklijst voor de monteur en die zegt wel wat normaal is of wat verbeterd kan worden. Maar ook voor u is het makkelijk, als u achter in de stal, of weiland, iets ziet of iets bedenkt.
Dus altijd pen en notitieblokje bij u (of een “smartphone”).

Tip van de Maand – Mei 2019

Activiteitmeting beter te benutten.

De mooiste tijd om koeien te insemineren zit meestal tussen 60 – 90 dagen na afkalfdatum.
Dat is wel de tijd dat de koe waarschijnlijk al een tijdje in de negatieve energiebalans zit, dus misschien al een paar maanden meer melk geeft dan de hoeveelheid energie die ze kan opnemen uit het voer dat ze krijgt.
Dat betekent ook dat de koe niet altijd duidelijk laat zien dat ze tochtig is. En dat betekent soms dat de koe niet altijd 1+ 2++ en 3 +++  haalt.
Dit wordt tijdens warme zomerdagen ook niet beter…
De meeste koeien hebben maar 4 – 7 uren een duidelijk tocht en dat vaak ook nog ’s nachts… Dat is de tijd dat u niet de hele tijd in de stal bent, maar activiteitenmeters hebben daar geen problemen mee.
Het is wel heel belangrijk dat het systeem goede gegevens aangeeft. Daarvoor is het belangrijk dat de transponders goed zijn – daar is in DelPro een controle lijst voor -, dat ze goed omhangen, dus niet te ruim of te krap om de nek – een platte hand tussen nek en halsband –,  en dat de antenne niet te dicht bij een koe herkenning plaats, bijvoorbeeld VMS, selectiehek, of te dicht bij elektromotoren, dikke muren, zonnepanelen, kabels, enz., enz. is.

Vanaf versie DelPro 5.2 is er een “Werklijst Activiteit” beschikbaar waarin de laatste kennis in mogelijkheden  met behulp van slimme filters  toegepast zijn.
Deze filters vinden ook die koeien die te weinig activiteit hebben voor een plusje.
In deze lijst worden tochtige koeien in categorieën ingedeeld, te vroeg voor inseminatie / juiste inseminatiemoment / terugkomer. Mèt een voorstel voor juiste inseminatiemoment!
Maar ook een categorie “te laag activiteit”, die vindt de koe die niet fit is.
En er wordt een tekst meegegeven wat u met de koe kunt gaan doen.

Deze lijst wordt door gebruikers zeer positief ervaren en blijkt een meerwaarde van het systeem!
Vraag uw monteur of HMA-er naar deze lijst!

Tip van de Maand – April 2019

Overdracht bacteriën door vliegen.

De meeste verwekkers van uierontsteking zijn onder te verdelen in koe gebonden bacteriën en omgevingsgebonden bacteriën.

Omgevingsgebonden bacteriën, zoals de meest voorkomende Streptokokken Uberis, verspreiden zich vaak via niet schone ligplekken. Of oud vuile plekken, bijvoorbeeld in de buurt van of onder drinkbakken, koeborstels, hekken. Dit vuil wordt ook weer de ligboxen ingelopen en daar gaat een koe weer in liggen…
Of niet schoon melkgerei.

Koegebonden bacteriën zoals Stafylokokken Aureus en Streptokokken Agalactie verspreiden zich van koe tot koe of van melk tot koe. Dus melklekkers, vochtige ligboxen, en ook weer niet schoon melkgerei, zowel aan de buitenkant als binnenkant niet goed gereinigd, kunnen hier voor verspreiding zorgen.

Maar deze koegebonden bacteriën kunnen ook door vliegen doorgegeven worden!
En die zitten altijd in elk plasje melk….

Pak de vliegenbestrijding in de stal tijdig aan, dat is ook erg belangrijk voor uiergezondheid!

 

En bent u al weer aan het weiden of gaat u weiden?

Lees nog even de tips hierover:

https://www.harrytuinier.nl/2018/08/01/tip-van-de-maand-augustus-2018/

https://www.harrytuinier.nl/2017/05/01/tip-van-de-maand-mei-2017/

Tip van de Maand – Maart 2019

Hebt u een goede vervanger?

Hebt u een draaiboek voor wanneer u plotseling uitvalt?
Is er iemand in te schakelen die genoeg van uw bedrijf en de koeien weet?
En van de VMS, de kalveren, en het voeren?

Inmiddels worden op diverse AOC’s en Agrarische Bedrijfsverzorgingsdiensten opleiding automatisch melken gegeven, met zelfs mogelijkheid om examen te doen.
Het is goed dat u als veehouder dit stimuleert, dat is ook goed voor u wanneer er plotseling iets gebeurt!